Infrabel est responsable de l'entretien et de la gestion de l'infrastructure des chemins de fer. Cela inclut également la gestion des talus et des zones adjacentes aux voies. Dans ce cadre, il est nécessaire de procéder régulièrement à des travaux d'élagage et de fauche afin que la végétation à proximité des voies ne devienne pas trop envahissante et ne constitue donc pas un danger pour le trafic ferroviaire, les riverains ou les usagers de la route (par ex. en cas de tempête).
Ces travaux d'entretien sont réalisés à une fréquence précise en fonction de la distance à la voie, en distinguant la zone lisière proche des voies et la zone plus éloignée sur les talus.
Nous fauchons la zone lisière chaque année. De cette façon, nous assurons la visibilité des signaux et l'accessibilité des pistes de sécurité adjacentes pour le personnel ferroviaire.
La zone hors la zone lisière est entretenue tous les 5 à 10 ans. Ainsi, nous évitons que des branches ne se retrouvent dans les câbles ou que des arbres ne tombent sur la voie.
Si cela est nécessaire pour la sécurité du trafic ferroviaire, nous intervenons plus rapidement. Parfois, ces travaux d'entretien doivent être effectués de nuit : ces travaux ont moins d’impact sur l’exploitation ferroviaire et la sécurité en est alors améliorée.
Afin de protéger la faune, nous ne taillons pas les arbres pendant la période de nidification.
Nous prenons en compte autant que possible les valeurs écologiques et esthétiques des talus, par exemple dans les zones naturelles.
Waarom groenonderhoud?
Het verzekeren van de veiligheid op en rond de sporen is onze topprioriteit. Daarom moeten we de begroeiing langs de sporen regelmatig onderhouden. We kunnen het risico niet lopen dat de seinen langs de sporen niet zichtbaar zouden zijn of dat er bomen op de sporen zouden vallen.
Aan dat onderhoud hangen verschillende regelgevingen vast, zowel op federaal, gewestelijk als gemeentelijk niveau.
Op federaal niveau geldt de wet op de politie van de spoorwegen, verschenen op 27/04/2018 in het Belgisch Staatsblad.
Je leest er meer over in onze brochure.
Een bevel tot kappen
Infrabel kan alle niet-kruidachtige plantengroei (zoals struiken, bomen,…) op een afstand van minder dan 8 meter van de spoorstaven verbieden als die de veiligheid van het treinverkeer in gevaar kan brengen.
Binnen de 4,5 meter van de spoorstaven is enkel kruidachtige plantengroei toegestaan. Deze zone mag niet betreden worden voor onderhoudswerken, zoals bijvoorbeeld het snoeien van hagen. Hou hier dus best rekening mee bij het aanleggen van je tuin.
Voor baanvakken waar de toegelaten snelheid hoger is dan 220 km/u zijn kruidachtige gewassen enkel toegelaten in een zone van 25 meter vanaf de dichtstbijzijnde spoorstaaf.
Invasieve soorten
Invasieve soorten zoals de Japanse duizendknoop zijn moeilijk te bestrijden. Studies en ervaring tonen aan dat elke ingreep, ook maaien, het woekeren van invasieve begroeiing vaak verergert.
Op een aantal locaties testen wij verschillende bestrijdingstechnieken, zoals schapenbegrazing en elektrische behandeling. Dit onderzoek vraagt enige tijd om de doeltreffendheid te bepalen. Buiten deze testlocaties verkiezen wij momenteel om zo weinig mogelijk in te grijpen om verdere verspreiding en uitbreiding te vermijden.
