Wat doet Infrabel in dit winterweer?
Door het zachte weer van de laatste dagen waren we even vergeten dat het nog steeds winter is. De winterprik was weliswaar van tevoren aangekondigd, maar het spoornet bleef toch niet gespaard van problemen.
De meeste treinen in België rijden op elektriciteit. Het contact tussen de stroomafnemer van de trein en de bovenleiding (de kabels die boven de sporen hangen) zorgt voor de geleiding van de stroom en de voeding van de motor van de trein.
Deze morgen lag er op de bovenleiding een laagje ijzel dat zich zelfs op een aantal plaatsen in ijs had omgevormd. En net zoals de voorruit van onze auto heeft ook de bovenleiding dan een flinke schraapbeurt nodig. Door het laagje ijzel op de bovenleiding valt het contact tussen de trein en de bovenleiding weg. En als de pantograaf niet langer van stroom wordt voorzien, dreigt de trein geblokkeerd te staan op het spoor.
Daarom laten we elke morgen, voor het spitsuur, speciaal uitgeruste treinen uitrijden naar de plaatsen waar er het meeste kans is op ijzelvorming. We baseren ons hiervoor ook op de gerichte weerrapporten die we ontvangen. Voordat het reizigersverkeer op gang kwam, voerden treinen deze nacht ontijzelritten uit tussen Luik en de Duitse grens en ook in het zuiden van de provincie Luxemburg. Met resultaat, want de ijzel veroorzaakte er geen enkele hinder voor het treinverkeer.
Deze treinen kunnen weliswaar onmogelijk de 6.600km spoorlijnen op ons spoornet berijden. Na de ontijzelritten zorgen de eerste vroege treinen ervoor dat er zich geen nieuwe ijslaag vormt op de bovenleiding.
Is er aanvriezende regen en ontstaat er ondertussen een nieuw laagje ijs op de bovenleiding, dan zijn we helemaal terug naar af.
Bepaalde treinen ondervinden echter meer hinder dan andere treinen. Het type materiaal dat de spooroperator gebruikt op een lijn, bepaalt of een treinstel kan doorrijden of dat het het contact met de bovenleiding verliest. In het laatste geval blijft de trein geblokkeerd staan op de sporen.
Van de regen in de drop
Dit is het moment waarop een sneeuwbaleffect ontstaat: doordat de trein geblokkeerd staat op het spoor, kunnen andere treinen ook niet doorrijden. Aangezien er geen treinen meer rijden, vormt er zich een nieuwe ijslaag op de bovenleiding en heeft die dus opnieuw een schraapbeurt nodig. De vertraging voor de reizigers loopt almaar op, want de omgeleide treinen komen vast te geraken op de lijnen die al verzadigd zijn tijdens de piekuren.
Wat doen de landen rondom ons?
Ze trachten zich in dit winterweer allemaal zo goed mogelijk te wapenen tegen de meest waarschijnlijke situaties. Denk maar aan het verwarmen van de wissels, het opleggen van snelheidsbeperkingen, het strooien van zout en het vrijhouden van de sporen. Maar ondanks al deze maatregelen blijven ook hun treinreizigers niet gespaard van vertragingen.